Ondersteboven
Bovenop de dijk, een heisessie aan het water. We geven vrijuit verlangens mee aan de wind, stoken het vuur op om grootse plannen voor de toekomst te smeden. Na anderhalf uur is er een wegensprong ontstaan, en twee van de wegen lijken breed en helder voor ons klaar te liggen. Van het ene op het andere moment stokt ons gesprek. In stilte staren we naar het voorbijstromende water. Na een paar minuten haal ik twee labyrintbordjes uit de tas.
Ik stap blanco het labyrint in. Zonder specifieke vraag, of misschien heb ik er toch wel een. Het verlangen om even te hergroeperen, mijn kracht te verzamelen, te verbinden met mijn innerlijke bron. Ik geniet van het beukenhouten pad onder mijn vinger, de warme zon op mijn hand, de frisse wind op mijn gezicht. Er zitten scherpe en zachte wendingen in het klassiek labyrint en ik blijf heen en weer wiegen in de zachte overgang van het pad van het hart naar het pad van de kosmische verbinding. Het is voor mij een ontdekking dat juist daar een zachte wending zit. Al wiegend voel ik dat we nog steeds in een overgangsfase zitten en dat het proces nog niet afgerond is. Dat voelt geruststellend: we hoeven nog niets te kiezen, te doen. We mogen gewoon nog even voortdobberen op de stroom.
Mijn lief stapt het labyrint in met een vraag: welk van de twee brede wegen op de wegensprong is het beste? Uit gewoonte ligt het labyrint met de ingang onderaan. In gedachten bewandelt hij een van de twee wegen. Dat pad voelt moeilijk, stroef, zwaar, stroperig, tegen de stroom in. Als de wandeling klaar is, krijgt hij de ingeving om het labyrint om te draaien. In deze nieuwe setting wil de tweede weg onderzocht worden. Met de ingang bovenaan, valt mijn lief het labyrint in. Vol overgave, vol gemak. De stroming van het pad is wiegend, omhoog omlaag, heen en weer, gedragen door de stroom. Mijn lief zegt vrolijk dat hij vanaf nu altijd het labyrint met de ingang naar boven zal starten.
Voorlopig blijven we nog even dobberen op de stroom, terwijl we langzaam vast wat aan de tweede brede heldere weg zullen timmeren. We volgen the resonance of ease, zoals onze Ierse vrienden zouden zeggen.
CW/2021-07
/ | \